Voor zover het toeval iets te willen heeft, wilde het
toeval dat ik op een lijstje met klassieke deugden en ondeugden stuitte.
Tamelijk van gisteren en toch veelzeggend.
Plato, Aristoteles en Cicero vonden wijsheid,
rechtvaardigheid, matigheid en moed essentiële pijlers onder de samenleving.
Katholieke theologen voegden later geloof, hoop en naastenliefde toe aan het
lijstje topdeugden. Daar staan net zoveel ondeugden, ofwel hoofdzonden,
tegenover. Dat door Paus Gregorius I (600 n. Chr.) gesanctioneerde lijstje
bestaat uit ijdelheid, hebzucht, seksuele lust, afgunst, gulzigheid, toorn en
luiheid.
De hele geschiedenis dóór hebben de grote deugden en
ondeugden geleerden en kunstenaars gefascineerd: van de schrijver Dante tot het
theaterduo Brecht en Weill en van de schilder Jeroen Bosch tot de filmer David
Fincher (Se7en). Maar inmiddels is de
populariteit is er wel van af. De klank van de woorden heeft een galm van
vroeger gekregen. Ze klinken ons hoogdravend, een beetje pathetisch zelfs, in
de oren en doen gedateerd aan.
Wijsheid. Zap
één avond langs de televisiekanalen en u weet dat niet wijsheid maar onnozelheid
daar de maatstaf is. Bij politieke leiders doen hun inzichten minder ter zake
dan hun behendigheid in presentatie en debat. De meestgelezen schrijvers bieden
spanning of stijl, geen woord voor de wereld. In het intellectuele discours trekken
maar weinig wijsgeren de aandacht.
Rechtvaardigheid en naastenliefde scoren zowel goed als slecht.
Bij linkse en christelijke politici blijven het sturende begrippen, maar ter
rechterzijde worden ze gewantrouwd omdat ze zouden leiden tot misbruik en
afhankelijkheid. Collectieve idealen zijn het dus niet meer. Ook het geloof heeft als algemeen richtsnoer aan
betekenis verloren.
Matigheid als
deugd en gulzigheid en afgunst als ondeugden zijn anachronismen
in een tijd die geheel vervuld is van consumentisme en ons de hele dag door
oproept tot kopen, hebben en vervangen: nu nóg witter/luxer/beter/nieuwer! Lust is ontsnapt aan de bekrompenheid
van de geschiedenis en genormaliseerd tot een begeerlijk goed in plaats van een
hoofdzonde.
Toorn is present
op elke straathoek en in alle media. In iedere laag van de samenleving komt het
assertieve individu voor zijn rechten op en reageert geërgerd en verongelijkt
zodra het daaraan schort – ‘fuck you!’ is een gangbare hartenkreet geworden. Moed daarentegen is een woord dat je
amper nog hoort. En sinds we allemaal idolen en sterren kunnen worden en Warhol’s
kwartiertje roem binnen handbereik van de massa is gekomen, is ijdelheid niet meer suspect maar
legitiem.
Kortom: we deugen voor geen meter. En daar zitten we
helemaal niet mee, want de moderniteit heeft ons bevrijd van veel benepenheid. Maar
ze heeft ons ook een heleboel brutaliteit en trivialiteit gebracht, zodat er
wel iets voor valt te zeggen die oude do’s
& don’ts nu en dan af te stoffen en te onderzoeken op bruikbaarheid
voor de eigen tijd. Misschien helpt het als we er aansprekende, hedendaagse
woorden voor vinden. Suggesties?
Zie ook www.hpdetijd.nl/leven/matt-dings
Zie ook www.hpdetijd.nl/leven/matt-dings