Kapitalen besparen door patiënten effectief te helpen:
dat is nog eens medisch nieuws.
Klinisch psycholoog Lyonne Zonneveld van het Erasmus
Medisch Centrum promoveert deze week op de aanpak van medische klachten die
artsen niet of onvoldoende kunnen verklaren. Het gaat om onduidelijke, maar
ernstige en chronische klachten, vaak gecombineerd met pijn en grote
vermoeidheid. Voor zulke onbegrepen aandoeningen heeft Zonneveld een
dertiendelige groepscursus ontwikkeld, waarin patiënten leren omgaan met hun
problemen.
Voor haar proefschrift onderzocht zij of deze patiënten
baat hadden bij de cursus. De uitkomst was positief: een jaar later bleken de
deelnemers nog geen terugval te hebben. Doordat zij minder last hadden van hun
klachten, daalde hun beroep op de gezondheidszorg en daarmee hun medische
kosten. Landelijk vertaald zou dat neerkomen op een forse bezuiniging, want tot
dusver kosten onverklaarde lichamelijke klachten de zorg 3 miljard per jaar. En
daar komen de maatschappelijke kosten van ziekteverzuim en verloren productie nog
bij.
De hoge kosten worden veroorzaakt doordat betrokkenen van
de ene dokter naar de andere specialist worden gestuurd, en zonder resultaat.
Zij worden daar ongelukkig van, ook al omdat hun omgeving nogal eens reageert alsof
ze aanstellers zijn, wier probleem alleen tussen de oren bestaat. Als de
oorzaken niet te vinden zijn, dan is het beter te zoeken naar een manier om met
de klachten te leven: dat is de insteek van de door Zonneveld ontwikkelde
cursus.
Haar bewijs dat zo’n cursus werkt is nieuw, maar haar
insteek niet. In allerlei plaatsen bestaan variaties op die aanpak. Eind 2010 schreef
ik voor HP/De Tijd al eens over een
Helmondse polikliniek voor lichamelijk onverklaarde klachten. Psycholoog Gerry
Snijders van die poli legde uit, dat patiënten geneigd zijn zozeer te focussen
op hun symptomen, dat het hun functioneren beïnvloedt, waardoor hun klachten
verergeren en een eigen leven gaan leiden. “Aan die klachten zelf kunnen we
niets doen, maar wel aan de last die mensen ervan ondervinden.”
Hoe empathisch en genuanceerd het artikel ook was, het
lokte allerlei boze reacties uit. Het verwijt was dat HP/De Tijd en de Helmondse poli de betrokken patiënten niet serieus
namen: allemaal ‘orenmaffia’, zoals inzenders Karin Spaink citeerden. Anderzijds
gaf ene Sheukel af op al die ‘neurotische zeikers’ en ‘permanente zieken’ die
het alleen maar op een uitkering uit waren. Waarmee deze Sheukel onbedoeld
aangaf waarom onbegrepen zieken zich zo onbegrepen voelen.
Zij zullen best baat hebben bij al die speciale cursussen
en poli’s. Maar hoeveel mensen met onverklaarde aandoeningen zijn bereid er
naar toe te gaan, als zij het idee hebben dat die geleid worden door de orenmaffia?