Nog nooit gedaan en toch lijkt het me heerlijk: op een
dag zomaar eens een heleboel geld stukslaan aan pure luxe. Al was het maar om de
repeterende berichten over bezuinigingen te pareren.
Natuurlijk, menigeen geeft wel eens heel wat grotere
bedragen uit, bijvoorbeeld aan een auto, een vakantie, of een verbouwing. En ik
heb het ook niet over de aanschaf van een deftige winterjas, een goede
televisie of een designstoel. Nee, een excentrieke rijke oudtante doneert je duizend
euro op voorwaarde dat je die som nou eens opgewekt verbrast en niet besteedt
aan iets nuttigs of noodzakelijks of vervelends.
Miljonair
voor één dag
Miljonair voor één dag. Het is een onwennige gedachteoefening,
want de gemiddelde Nederlander heeft te veel calvinisme ingedronken om zich met
een gerust hart een lichtzinnigheid als het verkwisten van een bom duiten te durven
permitteren. Maar daarom lijkt het me juist een goede oefening, want het is
heel verstandig af en toe de gewoontespieren en moraalzenuwen te ontspannen.
Oké, wat gaan we doen als big spender, hoe gooien we ons geld over de balk?
We wachten op een mooie voorjaarsdag en vliegen even naar
Verona, waar we op de Piazza Bra truffelpasta begeleid door Vino Nobile
gebruiken, vervolgens in de Arena een opera meemaken en de avond bekronen met
een paar grappa’s op het terras van Art Hotel Villa Amista, dat nog een weldadige
nacht voor ons in petto heeft.
Of we informeren waar we de meest verfijnde kledingaccessoires
kunnen vinden. We laten we ons per limo naar Maastricht of Antwerpen rijden en
geven een fortuintje uit aan geweldige sokken, manchetknopen, riemen en
handbeschilderde stropdassen, plus voor onze geliefde een enveloptasje van
zwart nappa met zijden binnenvoering en de elegantste nylonkousen die de wereld
ooit heeft aanschouwd.
Der
letzte Schrei
Of we regelen een Viparrangement bij een uitvoering van
het nieuwe theaterstuk van (Nobelprijswinnares) Elfriede Jellinek in een regie
van Johan Simons op het prestigieuze festival Theatertreffen in Berlijn, waar
we overnachten in een tot hotel opgeknapte industriële bouwval, die in het
Berlijnse wereldje geldt als der letzte
Schrei. (Dat toneelstuk gaat trouwens over de decadentie van de Münchense
Maximilianstrasse, waar we waarschijnlijk ook zouden kunnen slagen voor de
spulletjes uit de vorige alinea.)
Of… we geven die duizend euro alleen maar in onze
fantasie uit. Het dubbele voordeel daarvan: we besparen een hoop geld én het
kan niet tegenvallen. Vervolgens schrijven we er een stukje over. Want onze
lezers, dat weet u, gunnen we het allerbeste.