Stoffen van Vlisco |
Dit wordt een
volmaakt stukje. – Als ik mijn column in alle ernst met zo’n zinnetje zou
beginnen, zou ik mezelf meteen belachelijk maken. Wat denkt die man wel, wat
een pretentie, wat een onzin ook, volmaakte stukjes bestaan niet, et cetera.
Toch zijn wij
doorgaans in de ban van de perfectie. De reclamewereld biedt daarvan talloze
illustraties. De droomkeuken met professioneel zespitsfornuis en aanrechtblad
van Italiaans marmer. Het blije gezinnetje dat blaakt van levenslust en fitheid
dankzij een of ander topproduct. Het mobieltje dat een heel kantoor in zich
bergt, een eeuwig strakke huid met de groeten van een cosmeticaconcern, een
vakantieadres dat zich afficheert als zevende hemel.
Ook het
persoonlijke leven moet steeds meer voldoen aan de volmaaktheidsnorm. Iedereen
weet dat communicatie onherroepelijk misverstanden en teleurstellingen in zich
draagt, en toch eisen we dat onze liefdesrelaties onversneden geluk bieden.
Ontvangen we gasten, dan schotelen we hun een maaltijd uit een kookboek van een
sterrenkok voor. Om onze kinderen optimaal uit te rusten voor later, sturen we
hen na schooltijd naar de remedial teacher én de pianolerares én de tennisclub
én het creatief atelier. Onze gebitten laten we bleken, ons buikvet wegzuigen,
onze rimpels liften.
Voor een deel is
daar allemaal natuurlijk niets op tegen. Het is beter als mensen hun best doen
en met hun talenten woekeren, dan wanneer ze onverschillig door het leven
sloffen. Maar perfectie? We zouden beter moeten weten. De eindigheid en de
breekbaarheid van het leven leren dat volmaaktheid een sprookje is. Het is
wijzer, in te zien dat imperfectie de kern is van het bestaan en te pogen daar
het beste uit te halen. Streven naar perfectie is bij voorbaat tot mislukken
gedoemd en daarom in wezen een streven naar frustraties.
Ik ben weleens
bang dat met alle spotlights op volmaaktheid de minder volmaakten onder ons uit
het zicht verdwijnen. Als een rimpel te veel, een borst te slap, een buik te
rond al problematisch is, hoe erg zijn dan gezichten van verstandelijk
beperkten en ledematen van verlamden wel niet? Gaan die weer ‘mismaakt’ heten,
zoals in onnadenkender tijden?
Dat volmaakte
stukje stel ik dus nog maar even uit.
Oorspronkelijk gepubliceerd in Markant, tijdschrift voor de gehandicaptensector
Geen opmerkingen:
Een reactie posten