Er is een stok in mijn leven gekomen. Hij heet ‘wandelstok’,
maar ik noem hem kortaf ‘stok’, ook al omdat ‘wandelen’ me iets te voortvarend
klinkt. Ik bedoel, je kunt wel wandelen met mijn stok, maar dan moet je wel
kunnen wandelen, dus een redelijke actieradius hebben – de mijne is door een
tanende gezondheid nogal geslonken.
Omdat ik ook minder vast ter been begon te raken, ging ik op
zoek naar een stok. In de mindervalidenwinkel hadden ze er heel wat.
‘Loophulpmiddelen,’ heetten ze daar, heel empathisch. Het varieerde van stokken
met ergonomische grip tot elleboogkrukken en ze kenden de vrolijkste kleuren.
Ik kocht een exemplaar dat ‘bijzonder veel comfort en veiligheid’ beloofde en
ook nog eens was uitgevoerd in kek turkoois. Een man met stok kan heus nog wel
als een man van de wereld ogen.
Maar toen ik de winkel uitliep, was ik niet meer zo zeker
van dat laatste. Ik voelde me vooral een man met stok, iemand die een loophulpmiddel
nodig had, een onmiskenbare mindervalide, afkomstig uit de wereld van rolstoelen
en douchezitjes en verhoogde toiletbrillen. Ik had het gevoel dat iedereen naar
me keek: een nog niet zo oude man en toch al een stok, nounou, het zal je maar
overkomen.
Eenmaal in de auto sprak ik mezelf vermanend toe. Wat een
onzin, te denken dat de hele wereld naar je kijkt en een oordeel over je heeft.
Hoe ijdel ook: de wereld heeft wel wat anders te doen dan zich druk te maken
over een willekeurige passant met stok. En bovendien wemelt het in het openbare
leven van rollators en scoots en andere voorzieningen voor de minder mobiele
medemens, zodat een man met een stok amper opvalt.
Het is het oude lied van schijn en wezen. De meeste mensen
proberen zich zo voordelig mogelijk te presenteren. Een hele economie van
modezaken, schoonheidsspecialisten, kappers, sportscholen en media drijft op de
obsessie met vitaliteit en succes. Zelfs kreupelen kiezen nog krukken met
kleurtjes: slecht ter been en toch vlot, stokoud maar jong van hart.
Thuis bladerde ik door de VPRO-gids. Er werd een programma
over de bril aangeprezen. Ooit een bewijs van nerderigheid, was die nu modeartikel
geworden. Het wachten is nu, aldus de gids, op de verhipping van het kunstgebit,
het gehoorapparaat en ... de wandelstok.
Yo, VPRO, here I am!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten