Zondag 5 mei, half twee in de middag. Ik fiets langs het
PSV-stadion. Het is uitverkocht en de stemming zit er hoorbaar in. De titel zit
er niet meer in, die is Ajax op ditzelfde moment binnen aan het halen, maar ze
kunnen nog nummer 2 worden – weliswaar next
best, maar toch ook best mooi.
Als ik verder fiets, blijven de cijfers 1 en 2 door mijn
hoofd dansen. Hoe belangrijk is het, de beste te zijn? Is goed ook goed genoeg?
Is streven naar de top net zo eerzaam als het halen van die top? Of telt alleen
de absolute overwinning en is elke relativering peptalk van de verliezer?
Als Eindhovenaar heb ik diverse keren met drommen
stadsgenoten op het Stadhuisplein gevierd dat PSV landskampioen werd. De
voetballers staken de beker in de lucht en wij de armen, want wij waren óók
tijdelijk de besten van het land. Het is een triomfantelijkheid waarbij het
verstand even vrijaf heeft gekregen, maar niettemin van een plezierige
opgewektheid. Dit jaar dus (weer) geen kampioensfeest. Maar wel de tevreden
bevestiging dat de club van mijn woonplaats tot de top behoort. Next best, maar
best mooi.
Het fietspad duikt een groen gebied in, waar de middagzon
door het kersverse lover dartelt. De 1 en 2 dansen nog even mee. Een mens moet
met zijn talenten woekeren, herinner ik me uit de Bijbel. Dat schenkt hem bevrediging
en helpt bovendien de maatschappij vooruit. Daarom is het goed naar de top te
dingen. Maar is dat hetzelfde als de beste te willen zijn? Buiten de sport, die
het helemaal van de wedijver moet hebben, kleeft daaraan iets kinderachtigs van
sliep uit! Je best doen, daar gaat het om, eerder dan de beste zijn.
Ooit interviewde ik iemand die daar behartenswaardige
woorden aan wijdde, maar wie was dat ook weer? Pas als ik weer thuis ben en wat
door oude knipsels struin, kom ik op de naam: Bill Gates, indertijd topman van
Microsoft. Een gesprek van drie kwartier in een zwarte limousine op weg naar
Schiphol, na een werkbezoek aan Nijenrode, lang geleden.
Hoe belangrijk winnen voor hem was, vroeg ik. “Dat is het
niét,” antwoordde Bill Gates resoluut. “Als je het goed doet, kun je nog zoeken
naar het betere. Dát vind ik interessant. Maar winnen? Als winnen je hoogste
doelstelling is, wat doe je dan zodra je gewonnen hebt? Hey, I’m number one, how are you? De eerste te willen zijn, vind ik
een stupide doelstelling.”