maandag 6 mei 2013

Hoe stupide het is nummer 1 te willen zijn



Zondag 5 mei, half twee in de middag. Ik fiets langs het PSV-stadion. Het is uitverkocht en de stemming zit er hoorbaar in. De titel zit er niet meer in, die is Ajax op ditzelfde moment binnen aan het halen, maar ze kunnen nog nummer 2 worden – weliswaar next best, maar toch ook best mooi.

Als ik verder fiets, blijven de cijfers 1 en 2 door mijn hoofd dansen. Hoe belangrijk is het, de beste te zijn? Is goed ook goed genoeg? Is streven naar de top net zo eerzaam als het halen van die top? Of telt alleen de absolute overwinning en is elke relativering peptalk van de verliezer?

Als Eindhovenaar heb ik diverse keren met drommen stadsgenoten op het Stadhuisplein gevierd dat PSV landskampioen werd. De voetballers staken de beker in de lucht en wij de armen, want wij waren óók tijdelijk de besten van het land. Het is een triomfantelijkheid waarbij het verstand even vrijaf heeft gekregen, maar niettemin van een plezierige opgewektheid. Dit jaar dus (weer) geen kampioensfeest. Maar wel de tevreden bevestiging dat de club van mijn woonplaats tot de top behoort. Next best, maar best mooi.

Het fietspad duikt een groen gebied in, waar de middagzon door het kersverse lover dartelt. De 1 en 2 dansen nog even mee. Een mens moet met zijn talenten woekeren, herinner ik me uit de Bijbel. Dat schenkt hem bevrediging en helpt bovendien de maatschappij vooruit. Daarom is het goed naar de top te dingen. Maar is dat hetzelfde als de beste te willen zijn? Buiten de sport, die het helemaal van de wedijver moet hebben, kleeft daaraan iets kinderachtigs van sliep uit! Je best doen, daar gaat het om, eerder dan de beste zijn.

Ooit interviewde ik iemand die daar behartenswaardige woorden aan wijdde, maar wie was dat ook weer? Pas als ik weer thuis ben en wat door oude knipsels struin, kom ik op de naam: Bill Gates, indertijd topman van Microsoft. Een gesprek van drie kwartier in een zwarte limousine op weg naar Schiphol, na een werkbezoek aan Nijenrode, lang geleden.

Hoe belangrijk winnen voor hem was, vroeg ik. “Dat is het niét,” antwoordde Bill Gates resoluut. “Als je het goed doet, kun je nog zoeken naar het betere. Dát vind ik interessant. Maar winnen? Als winnen je hoogste doelstelling is, wat doe je dan zodra je gewonnen hebt? Hey, I’m number one, how are you? De eerste te willen zijn, vind ik een stupide doelstelling.”