zondag 11 februari 2018

Sjiengele boem

Al dagen klinken er flarden carnaval in mijn hoofd, een deinende deun, een verre dreun, onwijze woorden en zinnen buiten zinnen, sjiengele sjiengele sjiengele sjiengele boem!
Het begon donderdagavond met de documentaire Nao ut Zuuje, vertoond op TV, een heerlijke reportage over het Venlose carnaval, gedrapeerd rond de charmante stadsprins Lex d’n Iërste, buiten Venlo bekend als televisiemaker Lex Uiting.
Het was een uitzending die ook sceptici gevoel zal hebben gegeven voor de schoonheid van het authentieke carnaval. Ik was daar als oud-Venlonaar al mee vertrouwd, maar vond de documentaire toch meeslepend genoeg om zin te krijgen spoorslags nao ut Zuuje af te reizen en daar na langdurige abstinentie weer eens op te gaan in de trance van Vastelaovend.
Maar tussen droom en daad staan haperende longen in de weg, en onwillige spieren, en zo nog wat verspreid fysiek ongerief, zodat ik het bij zin houd en thuis blijf, met een hoofd vol herinneringen. Die ga ik nu heus niet ophalen, wees gerust. Maar ik realiseer me wel hoeveel contrasten het leven te bieden heeft. Een vingerknip geleden stond ik nog op een tafel in het Venlose café De Witte en zong met de armen in de lucht tot ik er schor van werd en zwierde met onbekenden door de dansende straten tot de nacht helemaal op was. En nu, een vingerknip later, lukt dat allemaal niet meer en resten me het geheugen en de verbeelding. Ik herinner me uren en momenten vol muziek, gelach, schmink, kleuren, schuimend bier, klamme kroegen, koude straten en hete kussen. Het zijn herinneringen en beelden zonder weemoed: ik hoef er niet naar terug, het was goed zoals het was. Maar het contrast tussen de vitaliteit van toen en de invaliditeit van nu is wel schril genoeg om er even van te huiveren.
Dat is het leven, jongen, spreekt de grijsaard in me, het gaat op en ook weer neer, het komt en het gaat, het geeft en het neemt, net zoals dag en nacht elkaar aflossen, licht en donker, eb en vloed, yin en yang. Maar komaan, ik snap het, dat zijn bespiegelingen waar vandaag niemand oren naar heeft. Het is carnaval, wie maalt er dezer dagen over het getij van het bestaan? Sjiengele sjiengele sjiengele sjiengele boem!


1 opmerking: